Ik kan niet klimmen. Oh, had ik dat al eens gezegd? Nou, nog een keer dan. Klimmen kan ik niet. Op naar de Ardennen dus. In een vlaag van verstandsverbijstering had ik me ingeschreven voor 2 wedstrijden in 1 weekend in de Ardennen. Eerlijk verdeeld, 28 kilometer op de zaterdag, en dezelfde afstand op de zondag. Vandaag was ik in Semois voor de “waarschijnlijk meest festival-achtige trail-run in de wereld”, om de organisatie maar eens te quoten. De temperaturen liepen op naar de 27 graden dit weekend. Gelukkig voor deze niet-mooi-weer-loper loop je het grootste gedeelte in het bos, dus in de schaduw. 1263 Deelnemers aan de start vandaag, de populairste afstand was de 28 kilometer, mijn afstand dus. Om bij de start te komen, moesten we naar het boven het dorpje liggend kasteel. De eerste klim al voor de start, de toon was gezet. Na de briefing in het Frans en Nederlands (hulde), konden we beginnen. In de Ardennen dus vlakke stukjes zaten er vrijwel niet tussen. Slopend. We begonnen met de afdaling terug naar het dorp, waarna we al gauw het bos in gingen. De eerste 8 kilometers gingen aardig. De stijgende stukken waren hardlopend bijna niet te doen, en voor mij dus al helemaal niet. Daarentegen, zoals gebruikelijk de laatste tijd, kan ik in de afdaling altijd weer een boel goedmaken, of zelfs er per saldo beter uitkomen. Na een kilometer of 8 kregen we een erg steile klim, de eerste waar je touwen moest gebruiken om omhoog te komen. Die zouden nog een paar keer terugkomen.
Afijn, bovenaan gekomen, zette direct de afdaling in. Ik liep achterin een groepje, en als lemmingen liepen we achter de leider aan. Maar de afdaling werd wel heel steil. En er was ook geen pad meer. En nu je het er over hebt… ook geen lintjes meer. Gelukkig ben ik mijn middelbare school Frans allemaal vergeten, dat communiceert wel zo lekker met die Franstaligen. Pffff… Dan maar in het Engels: “Are we still on track?”. Ik werd wat vreemd aangekeken, maar de mannen waren ook niet helemaal zeker van hun zaak. Er werd wat in het Frans naar boven geschreeuwd, en er werd wat teruggeschreeuwd. We zaten hartstikke fout. De 2e achtereenvolgende week voor mij dus. Niet helemaal vreemd, dit gebeurt regelmatig in trail wedstrijden. Snel terug en de wedstrijd voortgezet. Het was vooral rustig omhoog en, waar mogelijk, volle vaart naar beneden. Ik had een paar keer stuivertje gewisseld met een Nederlander, en toen ik dacht dat hij een eindje achter me lag, hoorde ik bij een afdaling met touwen opeens achter me: “touwen is voor watjes!”. Ah, daar wassie weer! Op dat moment moesten we een rivier oversteken (tot bijna je middel erin). De Nederlander haalde me daar met een veel grotere snelheid in, en zal waarschijnlijk een half uur voor me geeindigd zijn. Maar dat komt zo. Eerst nog een paar kilometer zo’n 20 meter boven de rivier een klein paadje door het bos volgend. Zwaartekracht speelde hier een grote rol, het pad lag niet waterpas, dus een paar kilometer moesten we naar rechts hangend hardlopen. En dat op het drukste stuk van het parcours (hier kwamen de verschillende afstanden samen). Nog een kilometer of 6 te gaan.
Ik liep vandaag met een rugzak met camelbak, een zak waar 5 liter water/sportdrank in kan. Omdat er ook nog twee verzorgingsposten waren (met water, cola, fruit, chocola, ontbijtkoek, rozijnen, en andere energiegevers), had ik zo’n 3 1/2 liter meegenomen. Samen met die verzorgingsposten heb ik wel zo’n 5 liter gedronken. Maar dat was niet genoeg. Op zo’n 4 kilometer van de finish had ik geen water meer en ontzettende dorst. Ik heb er lang op moeten wachten bij het hardlopen, maar daar was hij eindelijk, de spreekwoordelijke man met de spreekwoordelijke hamer. Bam! Helaas waren de laatste kilometers ook niet de makkelijkste. Ik heb zelfs de beklimmingen 2 x een paar seconden moeten onderbreken om even op krachten te komen. We kregen het kasteel weer in zicht. Daar stond zelfs nog een trap om het kasteel te beklimmen. Vanaf het kasteel nog een paar honderd meter naar beneden om te finishen. Zelfs de afdaling was te moeilijk voor me. Uitgeput over de finish. Meteen doorgelopen naar de wc waar ik een poging heb gedaan om de kraan leeg te drinken.
Na een minuut of 10 kwam ik weer wat op krachten. Ze hadden een tent met douches staan. Douchen, schone kleding en in het gras gaan liggen. Live muziekje op de achtergrond en een bierkraan. Het had erg gezellig kunnen zijn, maar ik had geen trek in bier. Om maar even aan te geven hoe ik me voelde. Belachelijk!! Na een maaltijd m’n hotelletje maar opgezocht en een paar uur later toch maar even het dorpje ingelopen op zoek naar een typisch Belgisch restaurantje. De frietkot! Vette patat (large size) en een broodje hamburger deden me goed. Volgende dag weer vroeg opstaan om naar een noordelijk gelegen plaatsje in de Ardennen te gaan voor de volgende trail. Je moet er maar zin in hebben. Eens kijken of ik de 28 kilometer nog kan omzetten naar de 13….
64e (van 565) in 2:52:27. Nog nooit sneller gelopen op dit parcours… Meer foto’s volgen nog